Wybren: Simpel gezegd zijn wij betrokken bij alle fabricage- en installatiewerkzaamheden, met uitzondering van de turbine-installatie zelf. In deze projectfase zijn we bezig met alles wat te maken heeft met het installeren van monopiles op zee. We zorgen niet alleen dat alle funderingen op tijd worden geïnstalleerd, maar ook dat alle onderdelen voldoen aan de strenge normen en eisen voor bouwkwaliteit en ontwerp. We kijken niet alleen naar de monopiles, maar ook naar al het secundaire staal. Per monopile zijn dat drie stalen constructies: het externe of buitenwerkplatform, het interne platform en de aanlegsteiger.
Wat maakt jullie werk interessant?
Ward: Voor mijn tijd bij CrossWind deed ik onderzoek naar het smelten van de poolkappen. Ik vind het dan ook geweldig om met een project van deze omvang bij te dragen aan de energietransitie. Daarnaast spreekt de complexiteit van het ontwerp me aan. Het bouwen van zulke gigantische onderdelen en ze op het juiste moment bij elkaar krijgen. Sommige componenten zijn echt enorm. Het is een waar spektakel om te zien hoe de speciale draagvoertuigen van Sif de monopiles vervoeren en hoe al die onderdelen aan boord gaan in de Maasvlakte-haven. We werken niet alleen in een geweldig team, maar ook samen met fijne partners en bedrijven. Dat is volgens mij een essentieel onderdeel van ons succes.
Wybren: Wat ik zo leuk vind aan mijn werk is dat onze industrie voortdurend in ontwikkeling is. Het is erg inspirerend om samen te werken met ervaren partners, kennis te delen en van elkaar te leren. Mijn rol bestaat voornamelijk uit het bewaren van overzicht over het gehele proces. Ward houdt zich meer bezig met alle details. Maar we werken nauw samen en doen regelmatig beroep op elkaar om dingen waar we tegenaan lopen te bespreken.
De offshore-installatiefase begon in oktober. Wat zijn nu jullie grootste uitdagingen?
Wybren: Nou, momenteel vormt vooral de internationale economische situatie een uitdaging. Zo moesten we het staal voor de monopiles ergens anders vandaan halen dan gepland. Ook kan het lastig zijn om genoeg ervaren mensen te vinden, zoals gespecialiseerde lassers bijvoorbeeld.
Ward: Een andere uitdaging zit ‘m in de ontwerpeisen. Alle onderdelen moeten perfect op elkaar aansluiten. Het secundaire staal dat door Marketex is geproduceerd wordt op zee geïnstalleerd. Dat betekent dat er geen ruimte is voor fouten. In de ontwerpeisen voor deze enorme constructies is er soms sprake van een speling van maximaal twee millimeter. Je kunt je voorstellen dat als je zulke zware onderdelen op de grond neerlegt of ophijst, ze mogelijk een beetje vervormen onder hun eigen gewicht. Wij moeten zorgen dat die vervorming ruim binnen de marges blijft. Om dat te garanderen voerde installatiepartner Van Oord een test uit op een onshore model, om te zien wat er gebeurt bij het verplaatsen en ophijsen van zware onderdelen. Op basis van de testresultaten maakten we enkele aanpassingen, zodat we zeker zijn van een veilige en succesvolle offshore installatie.
Wat kun je ons vertellen over het ontwerp van de monopiles?
Ward: Wel leuk om te vertellen is dat het verlengde monopile-ontwerp een transitiestuk overbodig maakt, waardoor er minder tijd nodig is voor de offshore installatie. Maar het betekent ook dat de zeekabel, die de fundering ingaat, tijdens de bouw tijdelijk in de fundering moet worden opgerold. Die kabel kunnen we op een later moment omhoogtrekken en aansluiten op de schakelkast in de toren van de windturbine. De uitdaging is dat we met de hele opgerolde kabel onder de bovenste flens van de monopile moet blijven, terwijl we in het platform maar een ruimte hebben van 2,5 meter diep. Daarin moeten we 18 meter zeekabel zien op te slaan. En er moet ook nog genoeg ruimte overblijven om te kunnen werken en veilig mensen te evacueren in het geval van calamiteiten. Wanneer de turbine eenmaal is geplaatst, moet de kabel worden gesplitst in drie afzonderlijke delen en de glasvezelkabel. Deze sluiten we vervolgens aan op de schakelkast.
Wybren: We hebben een natuurinclusief ontwerp. Dat maakte deel uit van ons voorstel tijdens de aanbestedingsfase van HKN. We brengen kalkrijk materiaal aan op de zeebodem rondom de fundering, een soort marmerachtige open structuur waar zeefauna zich in en omheen kan vestigen. Dit hebben we gedaan bij 42 van de 70 rotsblokformaties die de zeebodem beschermen tegen erosie.
Hoe bevalt de samenwerking met jullie partners en aannemers?
Wybren: We hebben een heel open cultuur. Elk teamlid van CrossWind heeft een tegenhanger bij onze partner waar ze terecht kunnen met vragen of wanneer iets snel moet worden opgelost. Als er een verschil van inzicht is, leggen wij het voorbereidende werk niet stil en lopen we geen vertraging op, iets wat in andere sectoren soms wel gebeurt. Wij kiezen ervoor om samen door te gaan en lossen eventuele problemen op die manier op.
En wat zijn de volgende stappen?
Ward: De komende maanden zijn de weersomstandigheden wisselvalliger. We moeten dus goed plannen zodat we onze werkzaamheden op zee veilig kunnen uitvoeren én op schema blijven. In de beginfase was ons werk grotendeels lineair, maar in deze projectfase gebeurt er van alles tegelijk. Dat maakt ons werk nog spannender!